Column: Afschuifhouding
Door Joanne Bredero – 11 februari 2022

In de Gelderlander las ik een artikel waar ik verdrietig en boos van werd. Het artikel ging over een afgelaste voetbalwedstrijd in Utrecht. Na de lockdown kon er eindelijk weer een competitiewedstrijd gespeeld worden. De jeugdelftallen hadden er zin in. Er bleek echter iets niet goed te zijn bij aanvang van de wedstrijd. Er lagen geen lijnen op het grasveld. Geen zijlijnen, geen lijnen bij het strafschopgebied: helemaal niets. Zonder lijnen mag er geen officiële wedstrijd gespeeld worden. De gemeente was vergeten de lijnen te trekken. De voorzitter kwam er op de dag van de wedstrijd pas achter. “Heel sneu dat ze voor niets naar Utrecht zijn gekomen”.
In het Klokhuis komt het voor dat vaak door lomp gebruik het een en ander vervangen en/of gerepareerd, moet worden. Mijn collega en ik staan soms voor een heus mysterie en stellen elkaar dan de vraag hoe hebben ze dit nou weer voor elkaar gekregen. Ik hoorde een steeds luider getik uit de gymzaal komen. Geïrriteerd ging ik erop af. Een jongentje van ik schat tien jaar was obsessief bezig met het slaan van deuken in aluminium estafettestokken op een bankje. Ik sommeerde hem hiermee te stoppen. De aanwezige volwassenen en het jongentje keken mij verbaasd aan. “Vinden jullie deze herrie normaal?” vroeg ik en voegde er aan toe “het zijn ook mijn spullen”. “Hoezo?” zeiden ze. “Jullie en ik hebben voor de spullen betaald, het is van ons. Gaan jullie ook zo met je eigen spullen om?”. Het werd stil.
Wat is dat toch die nonchalante, ongeïnteresseerde, het is mijn probleem niet afschuifhouding. Wat had het de voorzitter en zijn mede bestuursleden gesierd als zij het veld voetbalklaar hadden gemaakt en hiermee de jongelui na een hele lange tijd een leuke wedstrijd te gunnen.
De gemeente dat zijn u en ik. Laten we er zuinig op zijn.
Geef een antwoord